Lente-klassieker
Als de asperges in de winkel liggen, is het pas echt lente. Dit jaar zijn ze extra vroeg vanwege het mooie weer en morgen is de officiële start van het seizoen. Asperges kun je op allerlei manieren bereiden, maar in Nederland zijn ze gekookt favoriet. Met nieuwe krielaardappelen, beenham, een zachtgekookt eitje en botersaus. Serveer ze als ultieme klassieker met een glas Pinot Blanc d’Alsace. De aspergewijn bij uitstek.
Hollands genoegen
Pinot Blanc d’Alsace is eigenlijk hét schoolvoorbeeld van een wijn die overal bij smaakt. Hij komt zacht en vriendelijk over, heeft milde, opwekkende zuren en de frisse fruitaroma’s van appel en peer. Van alles een beetje, mooi in balans.
Zo zit de Hollandse aspergeklassieker ook in elkaar. De asperge zelf is zacht van structuur, fris van smaak, met een klein eigenwijs bittertje om het spannend te houden. Beenham, zacht gekookt ei en botersaus kleden de asperge aan. Die maken het gerecht ronder en romiger, maar het wordt nooit zwaar. Pinot Blanc d’Alsace heeft exact dezelfde smaakkenmerken: zacht en rond met frisse tonen. Hij eist geen aandacht op en ondersteunt de unieke smaak van asperges op z’n Hollands.
Streek-wise
In de Alsace (Elzas op z’n Frans) drinken ze zelden of nooit Pinot Blanc bij asperges. Muscat d’Alsace is daar de aspergewijn. Deze wijn neutraliseert het bittertje in de asperge waardoor die geen invloed heeft op de fruitigheid van de wijn en het gerecht als geheel nog milder wordt. Het fijne bittertje in Muscat d’Alsace sluit als het ware een verbond met het aspergebitter.