Langs de wijnroute – Andlau
Andlau
Abdij – Het grootste gedeelte van haar/zijn geschiedenis, is de stad Andlau, langs de wijnroute van de Alsace, eigendom geweest van de familie Andlau. Die kreeg de stad namelijk cadeau bij het ontvangen van hun adellijke titel. Met daarbij wel de taak om de vrouwenabdij te beschermen, die in 880 gesticht werd door Keizerin Richardis (de vrouw van Keizer Karel de Dikke). En wat het zo bijzonder maakt, is dat zowel de familie als de stad naar de rivier de Andlau zijn vernoemd, al voordat ze iets met elkaar te maken hadden. 
Dorp vol kastelen – Om de abdij daadwerkelijk te verdedigen, verdrievoudigde de familie Andlau het aantal kastelen in de stad. Ze waren namelijk al in het bezit van kasteel Haut Andlau – wat hoog Andlau betekent – gekenmerkt door zijn twee torens pal boven de vallei van Barr. De uitbreiding bestond uit kasteel Niederlau en kasteel Spesbourg, op de andere heuvel tegenover Haut Andlau. Vandaag de dag lijken drie kastelen in een kleine stad lichtelijk overmatig, in 1500 was dat volgens de familie nodig om de vrouwenabdij – en daarmee de adellijke dames – te beschermen.
Grand cru – Wat Andlau anders maakt dan andere steden in de Alsace, is dat – ondanks dat het geen bijzonder grote stad is – er wel 3 Grand Crus vlak naast elkaar liggen; Wiebelsberg, Moenchberg en Kastelberg (die met nog geen 6 ha de kleinste Grand Cru van Andlau is) en die liggen niet ver bij Marc Kreydenweiss vandaan. Meerdere factoren spelen een rol in het ontstaan van meerdere Grand Crus op zo’n klein oppervlak. In het door bergen omsloten gebied in Andlau, is het terroir niet alleen bovengemiddeld blootgesteld aan de zon, maar ligt de Grand Cru ook op een bijzonder steile helling. De wijnboeren zijn deze steile hellingen de baas geworden door er vele kleine plateaus in te hakken en daar hun druiven te planten. Zelf noemen ze dit “terrassen”. En bij het horen van dat woord krijgen we direct zin om met een glas Alsace in het zonnetje te zitten.
